Op zijn zoektocht naar de Drentse horizon heeft de kunstenaar twee vaststaande
beelden voor ogen hooggehouden mystiek( hunebedden) en het vooral vroeger
aanwezige isolement. (desolaat veengebied). Het zijn begrippen die
wezenlijk onderdeel uitmaken van Drenthe.





Deze vaststaande beelden veranderen moeizaam, ondanks dat de dagelijkse
confrontatie met Drenthe het tegendeel bewijst.
Het kunstwerk bestaat uit een hoge stalen kooi, waarbij de vorm ondergeschikt is aan de hoogte.
De hoogte in het kunstwerk is heel belangrijk, omdat de kooi op deze manier
deel uitmaakt van de letterlijke horizon.
Om de mythe vast te houden heeft hij boven in de kooi een bronzen draak geplaatst,
die het grootste deel van zijn zintuigen (zijn kop) door de tralies steekt.
De kwetsbaarheid van het isolement komt hierdoor tot uiting.
Het mystieke treedt naar buiten en doorbreekt het isolement.

Met de blik omhoog de draak van dichtbij.